
Op een dag komt het bij je op dat trainen misschien wel je nieuwe beroep kan worden. Compleet wat anders dan je nu doet, maar het voelt geweldig om anderen te mogen helpen met hun ontwikkeling. Al snel besef je dat je niet zomaar kunt beginnen, maar wel eerst een goede opleiding tot professioneel trainer moet volgen. En dan… komt je eerste twijfel: “zou dit wel echt wat voor mij zijn? Wat maakt eigenlijk of je als trainer succesvol kunt zijn? Moet je niet ontzettend veel weten om als trainer ‘overeind’ te blijven? Heb ik wel de juiste eigenschappen daarvoor?”
Die twijfel vragen over eigenschappen voor succesvol trainen ontvang ik regelmatig. Vooral de vrees van te weinig weten levert veel stress op, merk ik. Het duidelijkste is om alvast aan te geven wat niet nodig is: een trainer hoeft helemaal niet alles te weten, maar zorgt ervoor dat alle in de groep aanwezige kennis / ervaring wordt benut! Zo, dat is alvast een zorg minder!
Ook zijn er nog een heleboel gewenste eigenschappen te noemen, zoals:
- een trainer moet ongebreideld nieuwsgierig zijn naar wat mensen beweegt
- een trainer moet over een gezonde portie zelfkritiek beschikken
Ooit deed mijn eigen mentor al eens een uitspraak in dezelfde richting:
- Als trainer heb je niets anders in huis dan je persoonlijkheid als het erom gaat deelnemers te motiveren om iets anders te doen dan ze gewend zijn.
Maar zijn die persoonlijke kwaliteiten ook in één begrip samen te vatten? Komt het soms aan op je intelligentie? Ja en nee. Het is dan belangrijk om twee soorten intelligentie goed uit elkaar houden:
Het IQ (intelligentiequotiënt), dat is een relatief getal. Het geeft aan hoe slim iemand een intelligentietest heeft gemaakt ten opzichte van anderen, met 100 als gemiddelde. Dat IQ meten is heel nuttig om kandidaten te beoordelen voor complexe beroepen. Maar voor het vak van trainer (en eigenlijk voor de meeste ‘mensgerichte’ beroepen) is iets anders juist veel belangrijker. Van veel meer betekenis voor je succes is het EQ, het emotioneel quotiënt, dat sociale aanleg weegt, en dan in het bijzonder:
- het vermogen om grip te krijgen op je eigen emoties
- empathie hebben voor mensen
- echt geïnteresseerd zijn in mensen
In het trainingsvak betekenen deze drie aspecten in mijn ogen:
- grip op je eigen emoties helpt je om rustig te blijven onder druk, oftewel: je kan rationeel nadenken en de juiste beslissingen nemen. En dat straalt weer af op je deelnemers die vervolgens ook rustig en effectief blijven. Het effect: vertrouwen in jouw kunnen, wat precies het verschil maakt tussen een geslaagde of een mislukte training.
- empathie zorgt voor vertrouwen en betrokkenheid; als je inspeelt op intrinsieke motivaties en capaciteiten van je deelnemers, wordt jij het soort trainer waar deelnemers hun ‘best’ voor doen.
- interesse in mensen en in wat die nodig hebben leidt tot toegewijde deelnemers die hard willen werken (waardoor resultaten manifest worden)
Die drie zaken geven naar mijn overtuiging precies de eigenschappen weer voor succesvolle beroepsuitoefening.
Dus als ook jij op een dag komt met de vraag: “Welke eigenschap maakt dat een trainer succesvol kan worden?” Dan zal mijn antwoord zijn: “Het belangrijkste is een bovengemidddeld EQ!” En alles wat je vervolgens nog moet leren van het vak, daar zorgen we samen in je opleiding wel voor.
Vind je bovenstaande interessant en wil je meer weten over Trainen als vak? meld je dan aan voor de (gratis) oriëntatie workshop Trainen als vak via deze link.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!